Historie Schuitendiep te Groningen

Het Schuitendiep is een straat en waterloop in de stad Groningen. Het diep is rond 1400 gegraven en maakte oorspronkelijk deel uit van een afsnijding van de Hunze tussen Roodehaan en een punt ter hoogte van de Borgwal/Cortinghlaan in De Hoogte. Naar het zuiden vormde het de verbinding met de Zuidlaardervenen en later - door het Sappemeer - met het Oldambt. Winschoten werd bereikt in 1637.

Het Schuitendiep liep in de middeleeuwen langs de toenmalige buitenste verdedigingsgracht (gegraven plm. 1260). Het noordelijk deel van de afsnijding verliep buiten de stad via het Selwerderdiepje. Het zuidelijk deel van het Schuitendiep, voorbij de Steentilbrug, is na 1632 Winschoterdiep (nu Oude Winschoterdiep) gaan heten.

Uit 1523 dateert een volwaardige verbinding langs de uitgediepte noordelijke stadsgracht met het Reitdiep en de A. Van plm. 1630 - 1884 was het Schuitendiep verbonden met het Damsterdiep; van 1630 - 1880 ook met het Kattendiep/Zuiderdiep. Over het Kattendiep lag de Kattenbrug. Tenslotte was er, bij de huidige Stadsschouwburg eind 16e/begin 17e eeuw nog een verbinding met de gracht rond de Schuitenschuiversschans, die weer uitmondde in het Damsterdiep (bij de Loppersumergang).

Ter hoogte van nr. 20 - 30 ligt de sinds lang niet meer herkenbare Verversgang, die desondanks nog tot in de 21e eeuw op stadsplattegronden wordt genoemd. De andere gangen aan het Schuitendiep o.z. zijn: Mussengang (30), Smakkersgang (48), Hopmansgang (62), Brouwersgang (72), Kleine Gang (86) en Grote Gang (88).

Bron: Wikipedia NL