Historie Folkingestraat te Groningen

De Folkingestraat is genoemd naar het geslacht Folkerdinghe, dat woonde op de hoek met het Akerkhof. De straat bestond al in de 11e eeuw. De straatnaam voor het eerst genoemd in 1439. Ook wel Volteringestraat.

In de 19e en 20e eeuw tot in 1942 was de straat centrum van de Jodenbuurt. In laatstgenoemd jaar werden 2.450 Joodse Groningers weggevoerd, in het jaar daarop nog eens ruim 300. (Volgens de bevolkingsstatistiek telde de stad in 1941 2.850 Joodse inwoners die voldeden aan de door de bezetter gehanteerde definities om in aanmerking te komen voor deportatie. Slechts een tiental heeft de concentratiekampen overleefd. Relatief weinig anderen de onderduik.) Het laatste gedeelte van de Folkingestraat (doorbraak naar het Zuiderdiep in 1667) heette van 1756 tot 1890 het Jodenstraatje, ook wel Sjoelgasse, daarvoor Kleine Folkingestraat.

  • nr.36. Oude Joodse school.
  • nr.59. Geboortehuis zangeres Julia Culp (1880 - 1970).
  • nr.60. Synagoge (1906), opnieuw in gebruik genomen 1981. Boven de ingang de tekst: 'Gezegend is hij die hier binnengaat'. Op dezelfde plaats een oudere synagoge, zonder ramen aan de straatkant, gesticht 1757.

In de Folkingestraat bevindt zich een vijftal kunstwerken die herinneren aan het oorspronkelijke karakter van de straat. Deze werden aangebracht in de loop van 1997, na het voltooien van de renovatie die begon in 1994. Tussen nr. 23 en 25 het keramisch reliëf van Marijke Gémessy genaamd 'Het voorgesneden paradepaard'. In drie portieken hangen de bewerkte foto's uit het begin van de 19e eeuw van Allie van Altena. Hoog in de zijwand van perceel 9b het woord 'weggehaald', ontstaan door het verwijderen van bakstenen (Peter de Kan). Op de hoek met het Zuiderdiep een bronzen deur, die niet kan worden geopend. Er achter ligt de geschiedenis die ontoegankelijk blijft, het verleden is buiten bereik geraakt (Gert Sennema). In de bestrating van beide zijden oplopend een reeks halve manen met in het midden van de straat een volle maan. Tezamen vormen zij een oog 'dat gezien heeft wat er is gebeurd' (Joseph Semah).

Bron Wikipedia NL